Het gemeentelijk monument Herengracht 234a / Gasthuismolensteeg 20 staat in 'park J' van de stadsuitbreiding dat in 1585-1586 bouwrijp gemaakt is. Daarna zijn de percelen verkocht voor het bouwen van woon- en bedrijfsruimten. Het kleine perceel is volledig bebouwd en staat ingeklemd tussen dat van de buurhuizen aan de Gasthuismolensteeg (nummer 18, dat in 2001 is gesloopt) en Herengracht 243.
De oorspronkelijke eigenaar, de latere burgemeester Cornelis Benningh Jan Duvensz ontvangt onder andere dit stuk grond ter compensatie van zijn percelen waarover de Herengracht werd vergraven. Benningh verkoopt het erf in 1594 aan de witwerker Lenert Willems. Willems bouwt een trapgevel met banden- en blokkenversiering, een houten pui met luifel en ingang aan de gracht, zoals Caspar Philips dit getekend heeft.
In 1632 is het pand van Lucas Jansz Hardenberg en in de 18-de eeuw is er een waaierzaak van Frans Beenevelt de Jonge gevestigd: "De Modeze Waaijer".
Het eind-zestiende-eeuwse hoekhuis, is in 1900 zeer bouwvallig. Op dat moment zijn de geveltrappen al versoberd tot een tuitgevel en de ramen en de pui voorzien van een latere indeling. Het fries ter hoogte van de puibalk bevat nog leeuwenmaskers op de hoeken, een gevelsteen aan de Herengrachtzijde en een renaissance-cartouche met het jaartal 1615 aan de Gasthuismolensteeg, zoals hieronder op de foto te zien is.
Uiteindelijk komt het winkelwoonhuis in handen van Joh. Maria van Kelckhoven die in mei 1900 vergunning krijgt voor het 'plan tot verbouwing' van Gerrit van Arkel (1858-1918).
Als u opmerkingen of aanvullingen hebt op de tekst hierboven, wilt u dan ook het huisnummer erbij vermelden.
Uw e-mail adres wordt alleen maar gebruikt om eventueel op uw opmerkingen te reageren.
Foto's of andere informatie vande panden kun u ook zenden naar info@amsterdamsegrachtenhuizen.info.